Normaal gesproken worden wijnen gerijpt in een koele, donkere ruimte, meestal een kelder. Madeira daarentegen oudert in een bovengrondse loods, waar de temperatuur afhankelijk van de plaats op kan lopen tot 40º C. De zon mag er schijnen! De wijnen worden hier langzaam gestoofd. Om deze temperatuur te bereiken heeft deze loods vaak een zinken dak. En soms zijn er nog extra verwarmingsbuizen aangebracht. Deze langzame veroudering heet het Canteira systeem, het is de basis van alle kwaliteits-bewaarwijnen. “Canteira” is de naam van de houten balken waar de fusten op liggen.